Gemmenich (Challenge La Meuse)

zat 11/02/2023 14u * Gemmenich (Jogging de la Commune de Plombières) * 10km * 00:54:26* 11 * 120/179 * 3/7 * ♥♥♥♥

Het is al tien jaar geleden dat ik voor het laatst aan de start stond van de jogging van Gemmenich. Veel langer dan ik in mijn hoofd had. Tijd om nog eens naar de streek rond het Drielandenpunt te trekken en opnieuw te genieten van een mooi parcours dat ik me wel nog voor de geest kan halen. Maar ik ben pas in het Centre Sportif of ik hoor van collega-veteraan 4 Luc Hilderson dat sinds corona – sinds vorig jaar dus – de Jogging de Plombières (de fusiegemeente) over een nieuw parcours loopt. Dat wordt weer bang afwachten want in deze contreien liggen de uitdagende rondjes voor het oprapen. Ik loop hier overigens meer bekenden tegen het lijf dan ik vooraf had vermoed. Harry Haemers, de backbencher van Simpelveld, is er voor de derde keer in de vier wedstrijden van 2023. Eric Joway tekent ook present en laat al een stijgende conditiecurve noteren. Kon hij mij niet volgen in de finale van de Zatopek in Visé, laat hij me vandaag 3 minuten achter. En het doet ook altijd plezier een bekende, Alan Woolf, in blakende gezondheid te zien na enkele bijzonder moeilijke jaren.

Oh ja, zeg niet langer Challenge L’Avenir maar Challenge La Meuse. De organisator – ik zal hem dadelijk bij naam noemen – heeft een nieuwe sponsor aan de haak geslagen. Niet meer de regionale krant L’Avenir maar de Luikse klassieker, La Meuse, meer bepaald de editie Verviers. Overigens verandert er aan het stramien van het criterium niet zo veel. Er komen enkele langere lopen bij. Die ik waarschijnlijk toch niet meer zal betwisten. Van organisatoren gesproken, ik ben verbaasd de grote baas van de CLAP ( Challenge Cours la Province ) aan de start te zien. “Op bezoek bij de concurrentie?” lach ik. Als ik het bij de prijsuitreiking goed begrepen heb, heeft Pierre de loop van Montzen, hier in de onmiddellijke buurt, overgenomen en wil hij wat reclame maken voor zijn nieuwste aanwinst, die wel bij de Challenge La Meuse blijft.

Ik doe vandaag een “Chriske Wouters”, dat wil zeggen ik loop de twee wedstrijden, zoals de kleine Diestenaar elk weekend pleegt te doen. Bijlange niet zo snel en eigenlijk ook niet op wedstrijdtempo. Ik stond toevallig in de buurt toen de korte wedstrijd vertrok. Bij wijze van opwarming ben ik het pelotonnetje van de 4,7 km achterna gelopen en ik heb dan maar de volledige afstand op mijn gemakje afgehaspeld. Ik zal er straks mijn voordeel mee doen.

Bij het vertrek maken we een bocht vanachter het Centre Sportif en moeten meteen een flinke bult op om op de rijweg te geraken. Daar blijft het licht verder klimmen tot we na 500 meter linksaf worden gestuurd. Opvallend, we zijn met precies evenveel als in de eerste wedstrijd van de challenge in Visé. Ik ben goed gestart en moet in de afdaling die nu volgt ook flink aan de bak. Tenminste als ik niet het contact wil verliezen met Raymond Jungbluth en Cyrille Ryckebusch die in poleposition liggen voor het podium in mijn leeftijdsklasse. Na afloop blijkt echter dat ook Jean Dessouroux aan de start stond. Hij zal vijf minuten voor de tweede eindigen. Ik zie mijn zwijgzame categoriegenoot noch voor, noch tijdens, noch na de wedstrijd. Intussen gunnen mijn twee opponenten me geen seconde respijt en kan ik dus zeker niet genieten van de nochtans fraaie kronkelige passage door het weidelandschap. Dan gaat het weer 1,5km omhoog. Ik nader licht op Cyrille maar Raymond die daarnet nog naast me liep heeft al een kleine voorsprong opgebouwd, mede dankzij sluw afsnijwerk. Benoït Schoonbroodt is me daarnet op zijn mountainbike voorbijgereden. De challenge-voorzitter (of in elk geval de drijvende kracht achter het criterium) stond daarnet ook te filmen langs de weg. Ik kon niet nalaten het hoofd (figuurlijk) te schudden toen ik hem bezig zag met zijn smartphone in verticale positie. Leve de brede zwarte randen op het filmpje. De klim naar Moresnet-Chapelle duwt het gemiddelde meteen een 45 seconden omlaag. Maar ik heb mijn twee categoriegenoten nog altijd in het vizier. Een fikse afdaling leidt ons naar het centrum van Moresnet. Raymond is nu echt ontketend en neemt plots een flinke voorsprong. Mijn tempo is wel hoog genoeg om Cyrille bij te benen en achter me te laten. Maar ik voel zijn afwezigheid in mijn rug. We nemen een scherpe bocht naar rechts op de Rue du Village die er maar miezerig bijligt in dit mistige weer en gedeeltelijk opgebroken is door wegeniswerken. Ik sla de bevoorrading over en draai rechts op. Na een honderdtal meter op een smal aarden pad worden we een grote weide ingestuurd. We hebben ruimte zat om een spoor te kiezen maar het zompige gras en/of de modderige aarde kunnen we niet ontlopen. Links van ons stroomt de Geul. Die zal wel debet zijn aan de glibberige ondergrond. Ik probeer recht te blijven en toch een stevig ritme aan te houden om Cyrille niet te laten terugkomen. Maar ondanks het oponthoud bij twee draaipoortjes komt hij niet dichter. Gelukkig ben ik niet uit mijn lood geslagen door deze trailsector want op de hoogte gebracht door Luc Hilderson een uurtje geleden. Ik weet dat het een pijn van korte duur zal zijn – verder zal duidelijk worden waarom ik daar zo zeker van ben. Jammer is wel dat het enige vlakke deel van het parcours het tempo eerder afremt dan opdrijft. De weide is achter de rug. Nu duikt er plots een smal paadje met stenen op en even verder een steile maar gelukkig korte klim op een bospad. De slechte herinneringen aan de Bergerventrail worden even wakker. Hier gaan me twee achtervolgers voorbij maar Cyrille is daar niet bij.

(Foto: Marie-Paule: Eindspurt. )

We zijn nu voorbij halfweg. Boven dat klimmetje van daarnet krijgen we een breed pad voor de voeten. Dat zou wel eens een oude trambedding kunnen zijn. Die is hier in elk geval niet verhard. Maar geen nood, ik hou wel van deze ondergrond en kan het tempo weer opkrikken. Ik haal hier zelfs op één seconde na mijn beste kilometertijd. Voor het eerst begin ik zelf terrein te winnen op mannen voor me, die allemaal afgescheiden tegen de vermoeidheid vechten. Even verder komen we op de verharde Ravel. We lopen sinds het verlaten van Moresnet in een groen decor. Dit is niet voor niets een Réserve Naturelle. Ik heb daarstraks bij mijn verkennende 4km-loop de kilometerbordjes zien staan van de laatste kilometers en weet dus precies wat ons nog te wachten staat. Onder meer en vooral dat het hier gedurende 2,2 km omhoog blijft gaan. Nu eens vals plat maar ook met twee stekels van rond de 5%. De vermoeidheid en de pijn in de benen beginnen te wegen maar niet meer dan bij de lopers in mijn buurt. Een groep amazones op hun paarden zorgt wel voor wat afleiding tijdens de lange inspanning. Ik win nog twee plaatsen. Cyrille is definitief achteruit geslagen. In de verte merk ik Raymond op. Hij heeft even stoom moeten aflaten na zijn furieuze eerste wedstrijdhelft maar aan de streep houdt hij nog twee posities en dertig seconden over. Ik geef mezelf nog eens de sporen in de laatste 400 meter in dalende lijn. En in een ultieme krachtsinspanning eindig ik nog voor Dominique Heusschen met een snelheidspiek boven de 15km/uur. Enkele meters slechts maar voldoende voor een bijzondere vermelding in dit verslag. De auteur is wel belanghebbende, dat kan ik niet ontkennen. En zo eindig ik met een prettig gevoel. Na een nochtans uitputtende loop. Het aantal klimmende meters overtreft immers de steilere dalende meters. En waar het wel vlak is werkt de ondergrond tegen. Hoe dan ook, het vernieuwde maar veeleisende parcours krijgt in elk geval mijn zegen. Voor wat dat waard is…

We blijven nog even na in het cafetaria waar ik me waag aan een lokaal blond biertje, de Brice. Wie bruin verkiest, moet vragen naar de Youp (die hier niet te verkrijgen is, maar soit). En voor wie het interesseert, de Brice en de Youp worden gebrouwen door brouwerij Grain d’orge in buurdorp Hombourg. De namen verwijzen naar de twee fanfares van het dorp. Met dank aan Julien Bertrang (veteraan 4, van deze côté afkomstig) en een onbekende vriendelijke klant, voor de uitleg. De prijsuitreiking begint en is zes namen verder alweer afgelopen. De kleine prijzentafel wordt maar matig geapprecieerd door de aanwezige deelnemers. Dan maar huis. Daar zullen we over een drie kwartier aankomen …tenminste als de schokdempers van mijn karretje de putten, spleten en bulten op de weg Aubel – Warsage overleven.