Voeren ( Challenge de la Province de Liège)

zat 14/09/2013 15 u * Voeren ( Challenge de la Province de Liège) * 11,3 km * 0:54:26 * 12,5 * 51/143 * 5/13 * ♥♥♥

Zaterdagmiddag zijn we in Voeren voor de Voerloop, het buitenbeentje in de Challenge van de provincie Luik. Bij deze tweede editie blijkt nogmaals hoe moeilijk het is om de grote massa naar het veld van F.C. Fouron te lokken. Nochtans is het pittige en uitdagende parcours een pareltje in het genre.
We kijken eerst met meer dan gewone belangstelling naar de korte loop van 4,7 km waar twee bekenden aan de start staan. Jules Crouzen van Kanne haalt een gemiddelde van 3’48” per kilometer en legt beslag op de tweede plaats. Een prestatie die ook door zijn fans Pieter Vrijens en een jonge dame wordt gesmaakt. De tweede bekende is Servais Halders die na veel blessureleed de race pijnvrij maar door zijn conditionele achterstand niet zonder moeite kan uitlopen. Voor Servais die in de officiële uitslag vermeld staat als “Débutant Hommes” is deze loop hopelijk het begin van een nieuwe carrière bij de veteranen 3. We kijken al uit naar de duels volgend jaar met Alain Waerts en “Monsieur Mystère” Nando Caria.

Hannuit


Mijn ambitie voor de start is de wedstrijd in een redelijk tempo af te werken zonder volledig in het rood te gaan. Ik hoop op een tijd onder de 55 minuten. Op training heb ik het heel rustig gehouden om mijn benen te sparen. Marie-Paule heeft woensdag in Scherpenheuvel zelfs een kaars laten branden …
We mogen beginnen met een afdaling maar eenmaal in het centrum van ’s Gravenvoeren loopt de weg onherroepelijk omhoog. Dan volgt een fikse afdaling van enkele honderden meters en de eerste van twee stroken vlak. Ik zit van bij de start goed in het ritme. De BJC- loper (lees Bilzerse Jogging Club) Paul Hendrix volgt in mijn spoor. De smalle passage langs de Voer dwingt ons in “file indienne” te lopen en is meteen een rem op een eventuele drang naar voren. Temeer omdat ik weet dat er een moeilijke klim in het bos volgt. Midden in het pad loopt er een geul waarlangs het water zich bij regenweer een weg baant. Goed voor het water, hinderlijk voor ons. Er schijnt geen einde te komen aan de ellende tot ik me realiseer ik me dat precies deze strook vanwege een gedwongen parcourswijziging een stuk langer is dan vorig jaar. In elk geval probeer ik geen overbodige energie te verspillen. Paul neemt nu enkele meters voorsprong die ik – eenmaal op het vlakke – snel kan goed maken. Een felle en lange afdaling brengt ons weer naar de vallei. Voor de tweede keer stuiven twee lopers – een man en een dame – me voorbij in een afdaling. Ik mag dan al enige reserve ingebouwd hebben in het begin, ik wil me toch niet door die dame laten aftroeven. Ik verhoog het tempo om voeling te houden. Paul Hendrix moet loslaten. Hij zal uiteindelijk een half minuutje na mij binnenlopen. We zijn ongeveer halverwege als we de tweede vlakke strook in Altenbroek opdraaien. Ik kan me vasthaken aan het wagonnetje van Etienne Buckinx en Lambriny Philis, de twee onstuimige dalers van daarnet. Het is wel wat harken maar ik verlies toch geen terrein. De tweede lange helling komt eraan. Etienne moet al snel inhouden om Christine niet achter te laten. Uiteindelijk finishen ze op kleine achterstand, enkele plaatsen achter me. Ik verteer de klim op het grind vrij goed en kan nog enkele plaatsjes inwinnen. Boven op het plateau van de Snauwenberg nemen we een scherpe bocht naar links. De wind blaast hier op volle kracht. Tegen, wel te verstaan. Ideaal om hier in de beschutting van een groepje te lopen. Maar voor en achter me zie ik alleen eenzame strijders. Ik had gehoopt deze winderige strook met Paul Hendrix te kunnen aanpakken. Niet dus. Omdat mijn achterligger wel eens het snode idee zou kunnen hebben om zich achter mijn rug te komen verschuilen wil ik het tempo zeker niet laten zakken. Langzaam zie ik hem terrein verliezen. Voor mij loopt ene Gilles – Gilles Daman leert de uitslagenlijst – maar hem kan ik pas na een kilometer inhalen waar de wind wat aan kracht heeft ingeboet. Overigens loopt hij in de afdaling toch weer van me weg. Ik ga nu voluit in de afdaling vanaf kilometer 10 maar zie toch nog twee snellere jongens aan mij voorbij denderen. In de slotklim op de Mennekesput moet ik nog twee jonge krachtpatsers laten voorgaan. De aanmoedigingen van onder meer Mevrouw Halders helpen me de laatste klimmende hectometers te overwinnen. Binnen onder de 55 minuten, opdracht volbracht. Enkele plaatsen te ver voor een notering bij het eerste derde van het peloton, jammer. Vijfde in mijn categorie, daar kan ik mee leven.

Voeren


In Voeren zie ik voor het eerste in lange tijd nog eens mijn CJPL-vrienden au grand complet terug. Voor wie niet goed bij de les is: CJPL is de challenge van de provincie Luik. Jo Vrancken weet al van bij de start dat een overwinning hier moeilijk zal zijn. De boomlange Eupenaar Cedric Vanaschen schiet als een pijl uit een boog weg bij het vertrek, aldus Guido Vrancken, vader van, en haalt het met een kleine minuut op Jo. Ook hoog in de ranking staan Kris Pipeleers – mede-organisator – uit Voeren op plaats 9 en Jo’s Tongerse kompaan Stijn Vanderbeuken op plaats 14 die zonder noemenswaardige training hier een gemiddelde van 14 per uur haalt. Richard Mathot die ik voor het eerst terugzie sinds Warsage is duidelijk in goede doen met een tijd van 50′. Het podium van de veteranen 3 staat op een zakdoek bijeen. Roger Dosseray haalt het nipt voor Jean Stevens. Met Roger vocht ik vorig jaar nog een homerisch duel uit op de hoogvlakte van de Snauwenberg. We moeten er beiden aan terugdenken tijdens de loop. Sindsdien is er heel wat water van de Voer naar de Maas gevloeid … Roger mag dan wel het hoogste schavotje van het podium bezet hebben, hij zal ook bewonderend hebben opgekeken naar de prestatie van de onverslijtbare Jean Stevens. “Il galope” aldus Roger over de man die spot met het ontbreken van een categorie veteranen 4 in de Challenge van Luik. En de derde op het podium, Claude Herzet, voelt zich de laatste maanden herboren sinds hij het gerstenat heeft afgezworen. We overlopen de uitslag verder. Tussen de top 3 en uw dienaar heeft Benny Claes, veteraan 2, zich genesteld. Willy Hertogen en Jean-Pierre Immerix bereiken de eindstreep in elkaars gezelschap. Met een gemiddelde van 12 per uur is Jean-Pierre licht ontgoocheld. Jean-Pierre kiest de laatste maanden liever voor vlakke Limburgse wedstrijden. Vooral de afdalingen in het Luikse circuit spelen zijn geteisterde knie parten. Het verloren terrein heuvelafwaarts moet hij trachten in te halen in de stroken bergop. Maar Jean-Pierre baalt omdat hem net de eerste klim de adem heeft afgesneden. En tenslotte nog dit. Bij de nabespreking in de kantine verneem ik dat Paul Hendrix die een hoofdrol speelt in het eerste deel van dit verslag, de schoonbroer is van mijn betreurde collega Truda. Eindelijk hoort er een gezicht bij de favoriet van Vic.

(Archieffoto Jo Defrère: Het onafscheidelijke trio, vlnr: Stijn Vanderbeuken, Jo Vrancken en Benny Claes. Foto 2: Het podium.)