Hermalle-sous-Argenteau
zat 10/05/2025 15u * Hermalle-sous-Argenteau Jogging des Rouges * 9,8 km * 01:05:03 * 9,1 * 61/70 * 3/4 * ♥♥
Dit is het verhaal van een foute beslissing. Hoe dat komt? Dat zal duidelijk worden in de loop van mijn verslag. Voorlopig dit gegeven. Ik heb deze week twee aangename loopjes afgewerkt van rond de 10 km. De pijn rond mijn bekken is precies in slaap gesukkeld en Ik heb mezelf nog eens kunnen uitleven in een langere inspanning. Waarom dan niet nog eens een 10 km proberen? Een loop van 5 km is net tekort om er een voldaan gevoel aan over te houden, tenminste als langzame loper. Voor snelle jonge lopers is zo’n 5 km net een mooie uitdaging. Of een ideale voorbereiding voor de beginnende loper die droomt van langere afstanden. Hoe dan ook, ik schrijf mij in voor de langste afstand in de CLAP-loop in Hermalle. Die beslissing neem ik pas als ik mijn gegevens intik op het inschrijvingstablet.
We staan met zo’n 130 klaar in het centrum van het Maasdorp, even voorbij Visé, maar wel behorend tot de gemeente Oupeye. Weinig deelnemers, zeg je, maar weet dat het pas de eerste editie is van deze CLAP-loop. Er zijn in de buurt trouwens meer premières van MJ-lopen. De Cours la Province-challenge moet nog een vast cliënteel opbouwen. Ook nieuw is de medewerking met Globalpacing die de chronometer hebben overgenomen van O’Top, het bedrijf van Pierre Olivier. Vertrokken. Na zo’n 500 meter loop ik plots alleen, tussen twee grotere groepen in. Achter me de langzame lopers, hoofdzakelijk van de 5 km. Servais Halders met wie ik enkele kilometers heb verkend, moet dan al een 200 meter voorsprong hebben. Hij heeft het moeilijk gehad in de laatste kilometers, vertelt hij me achteraf. Goed zo, ben ik niet de enige die afgezien heeft. Maar die reactie heb ik maar voor mezelf gehouden. In elk geval, hij eindigt 20 minuten voor me… en dan ben ik nog niet eens de laatste v4. Even halverwege de eerste rechte lijn (variant van de laatste rechte lijn) gaan me dan toch enkele lopers van de trage groep voorbij. Ik zal ze nog lang in het vizier hebben. Na 1,6 km buigt de rechte lijn naar links af, aan een watertoren die ons al de hele tijd grijnzend aanstaart. Hier neem ik mijn eerste korte wandelpauze. Een kronkel verder komen we uit op een grindpad langs de Maas. Dit is het aangenaamste deel van het parcours, ook al omdat in het eerste deel best wel wat schaduw is. Maar hoe aardig ook, de passage “en bord de Meuse” maakt me pijnlijk duidelijk dat ik te gulzig geweest ben bij mijn keuze van de lange afstand. Mijn benen snakken al na rust. Na maandenlange dribbelloopjes kan ik geen volgehouden inspanning meer aan. De streep langs de Maas is uiteindelijk 2,4 km lang. Dan slaan we links af voor een lus (van wat later 1,6 km blijkt te zijn) over onverharde maar goed beloopbare paadjes. In de schaduw van een modern flatgebouw. Er zijn nog enkele appartementen te koop voor een astronomische prijs (volgens een welingelichte bron). Ik kijk links van me of ik Servais niet ontwaar op de terugweg. Niemand met die loopstijl te herkennen. Ik blijf mijn best doen om mijn tempo rond de 6’30” te handhaven en haal zowaar nog een collega in. Misschien de laatste veteraan 4? Ik speel haasje over met een jongeman die ik telkens weer inhaal na een korte onderbreking op wandeltempo.
Aan km 6 is er dan eindelijk de bevoorrading. We worden een moderne woonwijk ingestuurd waar ik mijn weg alleen moet zoeken: geen loper meer te herkennen in de bochtige zone, gelukkig helpen de oranje pijlen me verder. Vanaf km 6,7 lopen we terug in westelijke richting. Met goede benen en onder een minder stekende zon zou ik hier een leuk halfuurtje hebben doorgebracht op de betonnen Ravelpaden tussen het hoge gras. Vanaf km 8 zelfs met een mooie vijver aan de rechterzijde. Er is nauwelijks beweging voor me. Een juffrouw probeert er ook met stop en go-bewegingen de vaart in te houden. Dat lukt evenmin als bij mij. Intussen steekt een oude blessure aan de hiel ook weer de kop op. Gecombineerd met een onaangenaam gevoel in de hamstring. Hier is voor mij geen plezier meer te beleven.
De laatste kilometer blijkt een kopie te zijn van de eerste, maar dan in tegengestelde richting. Het wordt nog een harde dobber. Ik moet tot drie keer op stappen overgaan. Een groepje jongeren in rode t-shirts proberen me met aanmoedigingskreten op te peppen. Het zijn de leden van de jeugdclub/-vereniging die de loop organiseert. Daar zie ik een mevrouw die met een rond seingeversbordje strak naar rechts wijst. Oef, het is voorbij. Na nog een “Allez, c’est bien” van Eric Joway hobbel ik over het gras naar de MJ-boog. Ik stort me op de sinaasappelpartjes. Met Servais breng ik nog een kwartiertje door in het gezelschap van winnaar Nicolas Demonty (met zijn vader en lief). Nog een afspraak voor volgend weekend en weer naar huis.