Ambiorix Run Tongeren (Victors Cup)

zat 01/10/2016 15u * Tongeren (Victors Cup) * 9 km * 00:41:24 * 13 * 69/149 * 8/25 (55+) * ♥♥♥♥

Door werkzaamheden aan de Jeker moet de organisatie van de Ambiorix Run dit jaar het vertrouwde Mottenpark verlaten. Meteen de gelegenheid om de deelnemers aan de Victors Cup met de vernieuwde Plinius-site kennis te laten maken. Het parcours is uitgetekend in de glooiende velden van Mulken en Piringen, ten noordwesten van de stad. Die verandering van decor heeft mij overgehaald om aan te zetten in de zevende manche van het Zuid-Limburgs loopcriterium. De omgeving is mij sinds 38 jaar goed bekend. Niet toevallig woont mijn schoonmoeder er.
We verlaten vrijwel meteen het Pliniuspark en worden rechtsaf richting Mulken gestuurd. In die eerste meters passeer ik Jean-Pierre Immerix en Philip Pauly, twee van de vele bekenden in het peloton. Op weg naar het kerkje van Sint-Gillis word ik meteen overspoeld door een golf snellere jongens en meisjes. Dirk Claesen wijst ons de weg naar de Rooierweg en geeft me nog een aanmoediging mee. Dat doet ook een andere fan-seingever in de volgende bocht. Wie mag dat zijn? We zijn nu een kilometer ver. Ik heb op het vlakke een tempo onder de 4’30”. Dat is wel nodig op de relatief korte afstand van 9 km maar ik voel dat de kuitspîeren er nog niet echt klaar voor zijn. Voor ons ligt het open veld en een eerste klim. Twee gele shirts duiken langs me op. Norbert Collas en Pascal Aerts showen de nieuwe outfit van Team Paluko. Johan Bolinius plaatst in de wind een versnelling. Zo komt de ritmeverandering bij mij althans over. Ik volg het tempo van Norbert die me na de wedstrijd plaagt dat ik me mooi uit de wind kon houden achter zijn brede rug. Pascal volgt meestal even achter me. Ik word verrast door de eerste drankpost die net achter een bocht is opgesteld en door hoge maïs is verborgen. Veel maakt het niet uit, de wedstrijd is nog jong en het vochtverlies minimaal. De helling wordt nu een paar procent zwaarder. Het lijkt wel een parcours voor een wielerwedstrijd: het beton is vol geschilderd met aanmoedigingen aan de lopers. Heeft het organiserend Team Paluko zijn ijverigste supporters op pad gestuurd? Ironie is hen niet vreemd. Ik lees “bijna bergaf” maar zal daar nog heel wat klimmende meters moeten op wachten.

Ambiorix 1

Ik mag dan wel de illusie hebben de omgeving goed te kennen, deze helling is ook voor mij nieuw. We mogen even dalen maar dan gaat de ruilverkavelingsweg weer in stijgende lijn. Tot aan de volgende bocht, denk ik, maar de holle weg blijft nog 200 meter omhoog lopen. Even op adem komen, hoop ik, maar net nu versnelt Norbert Collas. Ik probeer niet dadelijk aan te sluiten want ik weet wat ons te wachten staat achter de volgende bocht als we de oude hoeve van Fernand en Simone gerond hebben. (Davy Moors passeert hier op een boogscheut van zijn woning. Geert Clerinx mist die kans door te kiezen voor de 5 km-loop die volledig in het Pliniuspark wordt afgelegd.) De Smisberg loert om de hoek : 200 meter lang, met het hoogste stijgingspercentage van de loop. Maar de hobbelige kasseien van weleer zijn verdwenen en het goed lopende asfalt heeft de scherpe tanden van de oude kuitenbijter afgevijld. Boven verlaten we de dorpskern van Piringen en krijgen we weer een dalende strook op weg naar het Herenbos (dat we rechts laten liggen). Ik loop een vijftiental meter achter een groepje waarin ook Paul Hendrix zich schuil houdt. De Bilzenaar loopt niet echt weg van me, voor mij een aanwijzing dat het wel snor zit met mijn tempo. Ik heb uiteraard het raden naar wat er zich achter mijn rug afspeelt maar houd toch rekening met het aansluiten van een Ludo Ramakers of een Mario Smolders. Voorlopig zie ik ze niet. Er volgt een kort stukje vals plat, genoeg om Atla-loper Jacques Dreessen achteruit te slaan. “Norbert, dzje kint durgun” hoor ik Pascal roepen maar Norbert blijft wachten op zijn maatje. En zo nemen we samen de afdaling naar Mulken-City. Norbert heeft nog tijd voor een geintje met zijn fans in de eerste bocht. Het is lekker lopen in de dalende hoofdstraat van Mulken, bovendien opgezweept door de enthousiaste kreten van de supporters die samentroepen op de kruising met de Mulkenweg. We kunnen nog even van het dalende profiel genieten tot aan de Rooierweg. Daar weerklinken opnieuw aanmoedigingen aan mijn adres. Maar zijn zonnebril en mijn falende ogen beletten mij deze sympathieke seingever te identificeren. Norbert helpt me: het is Ronny Hertogen.
Bij de tweede doortocht op de Rooierweg halen we een jonge dame in die ik nu pas herken, Paulien Poisquet. De triatlete is na een tweede plaats op de 5 kilometer ook op de langere afstand van start gegaan. Maar de kleindochter van collega Theo is wat te kwistig met haar krachten omgesprongen in de eerste ronde en moet nu op een lagere versnelling overschakelen. De afdaling heeft blijkbaar een heilzame invloed gehad op mijn benen – ik ben nu echt warm gedraaid – en het parcours heeft geen verrassende wendingen meer in petto. Ik begin met meer vertrouwen aan de klim en drijf stelselmatig het tempo op. Mijn twee maatjes moeten, gewild of ongewild, enkele meters prijs geven. In de holle weg op het einde van de klim ga ik vlotjes voorbij een jonge man, Pieter-Jan (hij maakt het de verslaggever makkelijk, zijn naam prijkt op zijn shirt). Hij vecht om te overleven op de Dodemansstraat, zoals de weg officieel heet.

Ambiorix 2

Het tempo in de afdaling wordt volledig gekraakt door de scherpe bocht aan de boerderij (van…, maar dat heb ik u al verteld). Eens boven op de Smisberg hou ik er de vaart in en richt mijn pijlen op het groepje voor me. Even heb ik de illusie gekoesterd dat ik misschien zelfs Paul Hendrix bij de lurven kan vatten. Maar die heeft blijkbaar hetzelfde tactisch plannetje in het hoofd als ondergetekende en snelt zelf weg van het groepje. “Te voorzichtig vertrokken in de eerste ronde, de hellingen vielen beter mee dan vooraf gevreesd” aldus Paul na de wedstrijd. Het compacte en uitdagende parcours mag overigens een model in het genre genoemd worden. Even een groet aan fotograaf Eddy Defrère die zich in de eerste bocht van de rechte lijn langs het Herenbos heeft geposteerd. Zijn broer en collega-fotograaf Jo neemt de tweede bocht, op het einde van de betonstreep, voor zijn rekening. Beide heren zijn vaste gasten in het Waalse circuit en hebben de laatste jaren ook goede contacten in het Limburgse. De organisatoren van Limburgse stratenlopen en estafettes maken maar wat graag gebruik van hun diensten. Gratis diensten, wel te verstaan. Op het hoogste deel van het parcours langs het Herenbos ga ik zonder veel plichtplegingen maar met binnenpretjes voorbij de twee jongeren die al de hele wedstrijd voor me uitlopen. En in de afdaling naar Piringen kan ik Paul Esters inrekenen.

Ambiorix 3


De hellingen zijn achter de rug. Nu met zevenmijlslaarzen terug naar Plinius. Ik mag het tempo nu niet meer laten zakken op de Mulkenweg terug naar het park, eerst op het zachte zand van een nieuwe straatbedekking in aanleg, dan op het grove beton van de oude weg. Theo, u kent hem, de grootvader van Paulien, vuurt me aan als ik het park indraai. In de verte zie ik de aankomstboog maar ik vermoed dat we nog een lus moeten maken. Mijn twijfels verdwijnen als ik een loper rechtsaf zie draaien. Dat is het rondje dat ik daarstraks Geert Clerinx als tweede in de de 5 km heb zien nemen. Ik moet even inhouden achter een loper met een veel lager tempo en de scherpe bocht op het smalle klinkerpad goed aansnijden om niet op het gras terecht te komen. Mijn achtervolgers komen enkele meters dichter. Weer een scherpe bocht. Max Knapen – zonder loopschoenen maar met camera – links en even verder Marie-Paule rechts volgen mijn laatste meters. Achter me blijft geel gevaar dreigen. Met een spurtje in de laatste rechte lijn kan ik Norbert en Pascal achter houden. Ik heb nog niet aan mijn eerste appelsienpartje gesabbeld of Ludo Ramakers en Mario Smolders vallen ook al binnen in het aankomstvak.
In dit selecte gezelschap van droog getrainde en jongere collega’s haal ik net de eerste helft in de uitslag. Maar het gevoel van de tweede ronde en de laatste kilometer in 4’09” maken de bescheiden plaats goed. De analyse van mijn loop na de wedstrijd op de Garmin levert overigens een verrassend resultaat op. Ik heb de twee rondes in het veld, op enkele seconden na, in dezelfde tijd afgewerkt. Het gevoel stemt dus niet altijd overeen met de reële tijden. Wim Meyers heeft de ontgoocheling van Berlijn weggewist met een scherpe tijd, Luc Lenaerts stelt met een knipoog vast dat hij me deze keer is voor gebleven (zie Momalle), Jean-Pierre Immerix heeft weer het goede gevoel in hoofd en benen en Jo Vrancken doet wat we van hem verwachten, winnen. Iedereen verlaat het strijdtoneel met een brede glimlach. De gelukzalige warmte van het douchewater wordt wel verstoord door een gure wind die in de open ruimte van het zwembad vrij spel heeft. Een babbel met Ludo en met de joggende familie Smets van Millen sluit het middagje in het Pliniuspark af.

(Foto’s Marc Roosen. Foto 1: Winnaar Jo Vrancken op de zwaarste strook van het parcours in het spoor van padvinder op de fiets Stijn Vanderbeuken. Foto 2: Bij het eerste deel van de klim naar Piringen, met Norbert Collas (met zonnebril) en Pascal Aerts. Op de achtergrond in het blauw, volgt Ludo Ramakers. Foto 3: Paulien Poisquet.)